Cultuur en evenementen

Budapest Festival Orchestra en Collegium Vocale Gent


Brugge, donderdag 13/5/2010. Europeser kan een muzikale avond niet zijn: Hongarije en België op een podium. Maar als er één sector het levende voorbeeld is van globalisering, is het wel de klassieke muziekwereld.

De werken die donderdagavond in het Concertgebouw werden gespeeld en gezongen waren ook van drie componisten die het hele Europese grondgebied bedekten: de Hongaar Béla Bartok, de Est Arvo Pärt en de Oostenrijker Wolfgang Amadeus Mozart.

Dat een Hongaars orkest zou beginnen met een werk van een Hongaars componist, Béla Bartok, verlaat dan weer dat globaliseringprincipe en kun je eerder als een nationale trots-principe beschrijven.Iván Fischer, die samen met pianist Zoltan Kocsis het orkest oprichtte, dirigeerde orkest en koor. De muziek voor snaren, slagwerk en celesta van Bartók werd met enige trots gespeeld door het orkest. Daarna verscheen de Duiste sopraan Sibylla Rubens en het Collegium Vocale Gent voor de Vesperae solennes de confessore van Mozart. Een perfect samenklinken van het orkest, de sopraan en het koor. Maar soms was de stem van Rubens niet sterk genoeg om de bovenhand te nemen.

Het laatste werk, Como cierva sedienta, van Arvo Pärt liet de vrouwen van het Collegium Vocale schitteren. Simon Van Damme beschrijft in de openingszin van de programmabrochure het werk van Pärt als volgt: 'Een compositie van Arvo Pärt lijkt op het eerste gezicht een passend moment van bezinning te midden van de muzikale energie die zowel Bartók als Mozart ontketenen'. Fragiele muziek op een verbluffende manier neergezet voor een eerder bescheiden publiek. Een orkest met zo'n klinkende naam had op zijn minst een vol huis moeten geven, daar waar er donderdagavond slechts twee verdiepingen open waren.

(Patrick Pieters-Op Locatie)
Meer van Patrick Pieters op de pagina Klassiek!

Meer over Concert    
afdrukken Afdrukvriendelijke versie mailenMail permalink naar dit bericht

Reageer via Facebook of twitter

Tweet

Vandaag